Statuten VOV

NAAM EN ZETEL

Artikel 1

De vereniging draagt de naam:

VERENIGING VAN OFFICIEREN VAN DE VERBINDINGSDIENST.

Zij heeft haar zetel in de gemeente Ede.

DOEL

Artikel 2

1.    De Vereniging van Officieren van de Verbindingsdienst (hierna te noemen: de vereniging) stelt zich ten doel:

a.    Het bevorderen van de saamhorigheid tussen alle leden van de vereniging;
b.    Het bevorderen van een juist inzicht in de geschiedenis, taak en betekenis van het Wapen van de Verbindingsdienst;
c.    Het inlichten van haar leden over relevante wetenswaardigheden betreffende personeel, de organisatie en het materieel;
d.    Het actief streven naar samenwerking met gelijkgerichte verenigingen en organisaties;
e.    Het in algemene zin, waar nodig, ondersteunen van het Regiment Verbindingstroepen.

2.    Zij tracht dit doel te bereiken door:

a.    het houden van bijeenkomsten en vergaderingen, in het bijzonder ter behandeling van onderwerpen het Wapen van de Verbindingsdienst betreffende;
b.    het in studie nemen of doen nemen van de in sub 1 bedoelde onderwerpen;
c.    het organiseren van excursies;
d.    het periodiek uitgeven van mededelingen of van een tijdschrift;
e.    het bevorderen van de instandhouding van het museum, dat eigendom is van de Stichting Museum Verbindingsdienst, welke stichting is gevestigd te Ede;
f.    het gebruik van andere haar ten dienste staande middelen welke voor het doel bevorderlijk zijn.

ALGEMEEN

Artikel 3

1.    De vereniging is aangegaan voor onbepaalde tijd.
2.    Het verenigingsjaar valt samen met het kalenderjaar.

LIDMAATSCHAP

Leden
Artikel 4

1.    De vereniging kent gewone leden, ereleden, buitengewone leden, juniorleden en begunstigende leden. Waar in de statuten wordt gesproken van leden of lid, worden/ wordt daaronder verstaan zowel de gewone leden als de ereleden, buitengewone leden en juniorleden, tenzij het tegendeel blijkt.

2.    Gewone leden zijn zij, die als officier van de Verbindingsdienst van de Koninklijke Landmacht of het voormalige Koninklijk Nederlands Indisch Leger dienen of hebben gediend en die als zodanig zijn toegelaten overeenkomstig het in artikel 5 bepaalde.

3.    Ereleden zijn zij, die wegens hun buitengewone verdiensten jegens de vereniging, door de algemene vergadering als zodanig zijn benoemd.

4.    Buitengewone leden zijn zij, die als officier, niet behorende tot de hiervoor sub 2 genoemde categorie, direct zijn of waren betrokken bij het Wapen van de Verbindingsdienst en zij die door hun belangstelling en/ of medewerking tot de verwezenlijking van gemeld doel van de vereniging bijdragen en die als zodanig zijn toegelaten overeenkomstig het in artikel 5 bepaalde.

5.    Juniorleden zijn aspirant (reserve-) officieren van de Verbindingsdienst, die overeenkomstig het in artikel 5 bepaalde als zodanig zijn toegelaten.

6.    Begunstigende leden zijn zij, die zich jegens de vereniging verbinden tot het storten van een jaarlijkse contributie waarvan het bedrag jaarlijks door de algemene vergadering wordt bepaald en die als zodanig door het bestuur zijn toegelaten overeenkomstig het in artikel 5 bepaalde.

Voorwaarden lidmaatschap
Artikel 5

1.    Als gewoon lid, buitengewoon lid en juniorlid kan men worden toegelaten nadat men schriftelijk een verzoek dienaangaande bij het bestuur heeft ingediend. Het bestuur beslist over de toelating. Bij niet-toelating door het bestuur kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.

2.    Ereleden worden op voorstel van het bestuur door de algemene vergadering benoemd.

3.    Begunstigend lid kan men worden door schriftelijke aanmelding bij het bestuur, dat over de toelating beslist. In de aanmelding moet het bedrag van de jaarlijkse contributie worden medegedeeld.

4.    Het lidmaatschap is persoonlijk en mitsdien niet overdraagbaar.

Schorsing
Artikel 6

Het bestuur is bevoegd een lid te schorsen voor een periode van ten hoogste een maand, ingeval het lid bij herhaling in strijd handelt met zijn lidmaatschapsverplichtingen of door handelingen of gedragingen het belang van de vereniging in ernstige mate heeft geschaad. Gedurende de periode dat een lid is geschorst, kunnen de aan het lidmaatschap verbonden rechten niet worden uitgeoefend.

Einde lidmaatschap
Artikel 7

1.    Het lidmaatschap eindigt:

a.    door overlijden van het lid. Is een rechtspersoon lid van de vereniging, dan eindigt haar lidmaatschap wanneer zij ophoudt te bestaan;
b.    door opzegging door het lid;
c.    door opzegging namens de vereniging;
d.    door ontzetting;
e.    door oneervol ontslag uit de militaire dienst.

2.    Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan slechts geschieden tegen het einde van een verenigingsjaar. Zij geschiedt door een schriftelijke kennisgeving, welke vóór de eerste december in het bezit van het bestuur moet zijn. Het bestuur is verplicht de ontvangst schriftelijk te bevestigen. Indien een opzegging niet tijdig heeft plaatsgevonden, loopt het lidmaatschap door tot het einde van het eerstvolgende verenigingsjaar, tenzij het bestuur anders besluit of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.

3.    Opzegging van het lidmaatschap namens de vereniging kan tegen het einde van het lopende verenigingsjaar geschieden door het bestuur met inachtneming van een opzeggingstermijn van tenminste vier weken, wanneer het lid, na daartoe bij herhaling schriftelijk te zijn aangemaand, op de eerste december niet ten volle aan zijn geldelijke verplichtingen jegens de vereniging heeft voldaan alsmede wanneer het lid heeft opgehouden te voldoen aan de vereisten welke te eniger tijd door de statuten voor het lidmaatschap gesteld mochten worden. De opzegging door het bestuur kan onmiddellijke beëindiging van het lidmaatschap tot gevolg hebben, wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren. De opzegging geschiedt steeds schriftelijk met opgave van de reden(en).

4.    Ontzetting uit het lidmaatschap kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt of de vereniging op onredelijke wijze behandelt. De ontzetting geschiedt door het bestuur, dat het betrokken lid ten spoedigste van het besluit, met opgave van reden(en), in kennis stelt. De betrokkene is bevoegd binnen één maand na ontvangst van de kennisgeving in beroep te gaan bij de algemene vergadering. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst. Het besluit der algemene vergadering tot ontzetting zal moeten worden genomen met tenminste twee/derde van het aantal uitgebrachte geldige stemmen.

5.    Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar, ongeacht de reden of oorzaak, eindigt, blijft desniettemin de jaarlijkse bijdrage voor het geheel door het lid verschuldigd, tenzij het bestuur anders besluit.

6.    In afwijking van het bepaalde in de eerste volzin van artikel 36 lid 3 van Boek 2 Burgerlijk Wetboek kan een lid zich door opzegging van zijn lidmaatschap niet onttrekken aan een besluit krachtens hetwelk de verplichtingen van geldelijke aard van de leden worden verzwaard, behoudens uiteraard het in lid 2 van dit artikel bepaalde.

7.    Het lidmaatschap van een juniorlid eindigt tevens wanneer dit juniorlid van de opleiding tot officier van de Verbindingsdienst wordt ontheven of wanneer drie jaren na zijn bevordering tot vaandrig zijn verlopen.

GELDMIDDELEN

Artikel 8

1.    De geldmiddelen der vereniging bestaan uit de contributies van de gewone, buitengewone, junior- en de begunstigende leden, uit entreegelden, uit commerciële baten, uit eventuele verkrijgingen ingevolge erfstellingen, legaten en schenkingen en uit andere toevallige baten.

2.    De in lid 1 van dit artikel genoemde leden betalen contributie, waarvan het bedrag jaarlijks door de algemene vergadering tijdens de jaarvergadering wordt vastgesteld.

BESTUUR

Samenstelling, benoeming, schorsing, ontslag en rooster van aftreden
Artikel 9

1.    Het bestuur bestaat uit tenminste drie personen. Het aantal bestuurders wordt vastgesteld door de algemene vergadering.

2.    De bestuurders worden door de algemene vergadering uit de leden der vereniging benoemd, met dien verstande dat de voorzitter door de algemene vergadering buiten de leden van het bestuur wordt benoemd. Het bestuur wijst uit zijn midden een vice-voorzitter, een secretaris en een penningmeester aan.

3.    De algemene vergadering kan een bestuurslid schorsen of ontslaan indien zij daartoe termen aanwezig acht. Voor een besluit daartoe is een meerderheid vereist van tenminste twee/derde der geldig uitgebrachte stemmen.

4.    De bestuurders zijn bevoegd te allen tijde zelf hun ontslag te nemen, mits dit schriftelijk geschiedt met een opzeggingstermijn van tenminste drie maanden.

5.    Jaarlijks treedt tenminste een bestuurslid af volgens een door het bestuur op te maken rooster. De aftredende is terstond herkiesbaar.

Vertegenwoordiging en bevoegdheden
Artikel 10

1.    Het bestuur is belast met het besturen der vereniging. Alle bestuurders gezamenlijk alsmede de voorzitter en de secretaris gezamenlijk zijn bevoegd de vereniging in en buiten rechte te vertegenwoordigen. De bestuursleden kunnen zich daarbij door een schriftelijk gemachtigde doen vertegenwoordigen

2.    Voor het beschikken over bank- en girosaldi is de handtekening van de penningmeester voldoende

3.    Het bestuur is bevoegd tot het aangaan van geldleningen, alsmede tot het kopen, vervreemden, bezwaren, huren of verhuren van onroerende zaken, alsook tot het sluiten van overeenkomsten, waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een derde verbindt.

ALGEMENE VERGADERING

Jaarvergadering
Artikel 11

1.    Binnen zes maanden na afloop van elk boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, wordt een algemene vergadering (jaarvergadering) gehouden. Het bestuur brengt in deze vergadering zijn jaarverslag uit en doet, onder overlegging van de nodige bescheiden, rekening en verantwoording van zijn in het afgelopen boekjaar gevoerd bestuur.

2.    De algemene vergadering benoemt jaarlijks, doch uiterlijk dertig dagen voor de algemene vergadering, een commissie van tenminste twee leden, die geen deel mogen uitmaken van het bestuur, tot onderzoek van de rekening en verantwoording over het lopende casu quo laatstverstreken boekjaar.

3.    De commissie brengt ter jaarvergadering verslag uit van haar bevindingen. Vereist het onderzoek bijzondere boekhoudkundige kennis dan kan de commissie zich door een deskundige doen bijstaan.

4.    Het bestuur is verplicht aan deze commissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden der vereniging te vertonen en inzage van de boeken en bescheiden der vereniging te geven.

5.    Goedkeuring door de algemene vergadering van het jaarverslag en de rekening en verantwoording strekt het bestuur tot décharge.

6.    Indien de goedkeuring van de rekening en verantwoording wordt geweigerd, benoemt de algemene vergadering een andere commissie bestaande uit tenminste drie leden, welke een nieuw onderzoek doet van de rekening en verantwoording. Deze commissie heeft dezelfde bevoegdheden als de eerder benoemde commissie. Binnen een maand na de benoeming brengt zij aan de algemene vergadering verslag uit van haar bevindingen. Wordt ook dan de goedkeuring geweigerd dan neemt de algemene vergadering al die maatregelen welke door haar in het belang van de vereniging nodig geacht worden.

Bijeenroeping algemene vergaderingen
Artikel 12

1.    De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur, met inachtneming van een termijn van acht dagen. De bijeenroeping geschiedt door een aan alle leden te zenden schriftelijke mededeling.

2.    Behalve in de in artikel 11 bedoelde jaarvergadering zullen algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls als het bestuur zulks wenselijk acht, alsmede zo dikwijls zulks schriftelijk met opgave van de te behandelen onderwerpen wordt verzocht door tenminste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van één/tiende gedeelte der stemmen in de algemene vergadering, indien daarin alle leden tegenwoordig of vertegenwoordigd zijn.

3.    Na ontvangst van een verzoek als in lid 2 bedoeld is het bestuur verplicht tot bijeenroeping ener algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken. Indien aan het verzoek tot bijeenroeping binnen veertien dagen nadat dit door het bestuur werd ontvangen, geen gevolg wordt gegeven, zullen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping kunnen overgaan op de wijze waarop het bestuur de algemene vergadering bijeenroept.

Stemrecht en stemming
Artikel 13

1.    Alle leden – zie artikel 4 lid 1 – hebben toegang tot de algemene vergadering en hebben daar ieder één stem. Ieder lid is bevoegd zijn stem te doen uitbrengen door een schriftelijk daartoe gemachtigd ander lid.

2.    Een lid heeft geen stemrecht over zaken, die hem/ haar, zijn/ haar echtgeno(o)t(e) of een van zijn/ haar bloedverwanten in die rechte lijn betreffen.

3.    Een eenstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene vergadering. Een dergelijk besluit wordt door de secretaris aangetekend in het notulenboek, terwijl er melding van wordt gemaakt tijdens de eerstvolgende algemene vergadering.

4.    Besluiten van de algemene vergadering zijn uitgezonderd in de gevallen als bedoeld in artikel 18 alleen dan rechtsgeldig, indien tenminste twintig stemgerechtigde leden ter vergadering aanwezig zijn.

5.    Stemming over zaken geschiedt mondeling, over personen schriftelijk. Het aannemen van voorstellen bij acclamatie is mogelijk, mits dit geschiedt op voorstel van de voorzitter.

6.    Over alle voorstellen betreffende zaken wordt beslist bij volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen, voorzover de statuten niet anders bepalen. Bij staking van stemmen wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Bij stemming over personen is hij gekozen, die de volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen op zich heeft verenigd. Indien niemand die meerderheid heeft verkregen wordt een tweede stemming gehouden tussen de twee personen, die het grootste aantal der uitgebrachte stemmen hebben verkregen en is hij gekozen, die bij die tweede stemming de meerderheid der uitgebrachte stemmen op zich heeft verenigd. Indien bij die tweede stemming de stemmen staken beslist het bestuur. Onder stemmen wordt in dit artikel verstaan geldig uitgebrachte stemmen, zodat niet in aanmerking komen blanco en met de naam van het stemmend lid ondertekende stemmen.

7.    Een ter vergadering door de voorzitter uitgesproken oordeel dat een besluit is genomen, is beslissend. Indien echter onmiddellijk na het uitspreken van dit oordeel de juistheid daarvan wordt betwist, vindt een nieuwe stemming plaats wanneer de meerderheid der vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt.

Leiding vergadering/ notulen
Artikel 14

1.    De voorzitter van het bestuur leidt de vergaderingen. Bij zijn afwezigheid of ontstentenis zal een der andere bestuursleden als leider der vergadering optreden.

2.    Van het ter algemene vergadering verhandelde worden door de secretaris of een door de voorzitter aangewezen lid der vereniging notulen gehouden.

STATUTENWIJZIGING

Oproep tot statutenwijziging
Artikel 15

1.    Wijziging van de statuten kan slechts plaats hebben na een besluit van de algemene vergadering, waartoe werd opgeroepen met de mededeling dat daarin wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. De termijn voor oproeping tot een zodanige vergadering moet tenminste veertien dagen bedragen.

2.    Zij die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten tenminste vijf dagen voor de dag der vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgestelde wijziging(en) woordelijk is (zijn) opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag, waarop de vergadering werd gehouden.

3.    Tot wijziging van de statuten kan slechts worden besloten door een algemene vergadering met een meerderheid van tenminste twee/derde van het aantal uitgebrachte stemmen.

4.    Het hiervoor bepaalde is niet van toepassing indien ter algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn en het besluit tot statutenwijziging met algemene stemmen wordt aangenomen.

In werking treding gewijzigde statuten
Artikel 16

1.    De statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat daarvan een notariële akte is opgemaakt.

2.    De bestuurders zijn verplicht een authentiek afschrift van de gewijzigde statuten neder te leggen ten kantore van de Kamer van Koophandel en Fabrieken binnen welker gebied de vereniging haar woonplaats (zetel) heeft.

Beperkende bepalingen
Artikel 17

Een bepaling dezer statuten, welke de bevoegdheid tot wijziging van een of meer andere bepalingen beperkt, kan slechts worden gewijzigd met inachtneming van gelijke beperking.

ONTBINDING EN VEREFFENING

Artikel 18

1.    Behoudens het bepaalde in artikel 50 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek wordt de vereniging ontbonden door een besluit daartoe van de algemene vergadering genomen met tenminste twee/derde van het aantal geldig uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin tenminste drie/vierde van de leden aanwezig of vertegenwoordigd is.

2.    Bij gebreke van het quorum kan ongeacht het aantal ter vergadering aanwezige of vertegenwoordigde leden tot ontbinding worden besloten op een volgende, tenminste acht dagen doch uiterlijk dertig dagen na de eerste te houden vergadering, met een meerderheid van twee/derde van het aantal uitgebrachte geldige stemmen.

3.    Bij de oproeping tot de in de leden 1 en 2 van dit artikel bedoelde vergadering moet worden medegedeeld dat ter vergadering zal worden voorgesteld de vereniging te ontbinden. De termijn voor oproeping tot zodanige vergaderingen moet tenminste veertien dagen bedragen.

4.    Indien bij een besluit tot ontbinding te dien aanzien geen vereffenaars zijn aangewezen, geschiedt vereffening door het bestuur.

5.    Een eventueel batig saldo zal worden aangewend voor door de algemene vergadering te bepalen zodanige doeleinden als het meest met het doel der vereniging overeenstemmen.

6.    Na de ontbinding blijft de vereniging voortbestaan voorzover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten en reglementen voorzover  mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen die van de vereniging uitgaan, moeten aan haar naam worden toegevoegd de woorden “ in liquidatie”.

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Artikel 19

1.    De algemene vergadering kan bij huishoudelijk reglement nadere regels geven omtrent het lidmaatschap, de introductie, het bedrag der contributie en entreegelden, de werkzaamheden van het bestuur, de vergaderingen, de wijze van uitoefening van het stemrecht, het beheer en gebruik van het gebouw der vereniging en alle verdere onderwerpen, waarvan de regeling haar gewenst voorkomt.

2.    Wijziging van het huishoudelijk reglement kan geschieden bij besluit van de algemene vergadering met een meerderheid van tenminste twee/derde van het aantal uitgebrachte stemmen.

3.    Het huishoudelijk reglement zal geen bepalingen mogen bevatten, die afwijken van of die in strijd zijn met de bepalingen van de wet of van de statuten, tenzij de afwijking door de wet of de statuten wordt toegestaan.